Kwintencirkel

Elke toonladder (of toonsoort) in de muziek heeft een eigen gevoel en energie, verschillend van de andere toonladders. Er is een basis patroon of indeling, genaamd de kwintencirkel, die de klassieke toonsoorten indeelt.

Het verschil op technisch vlak is hoeveel mollen of kruisen worden gebruikt (zwarte toetsen op de piano). Bij de toonsoort C worden bijvoorbeeld geen zwarte toetsen gebruikt, bij G en F één (respectievelijk Fis en Bes), bij D en Bes twee, enzovoort.

Op energetisch/gevoelsmatig vlak is het verschil tussen de toonsoorten te vergelijken met momenten op een dag en kleuren. Hier komt C in de ochtend, als het morgenrood er is. C is helder, klaar en wakker. F is iets voor het wakkere moment,  het moment van net opstaan, donkerrood, terwijl G al aan het werk is, oranje.

Zo kan je de hele dag over, met A als het middaguur, met D ervoor en E erachter. Bij Fis/Ges begint de avond, met B in de namiddag en Des (of Cis) als volle avond. As, Es en Bes zijn de nacht.

Aantekeningen bij Kwintencirkel