De ziel als waarnemingsorgaan (1)
Waarnemen; waarheid nemen. Als je waarneemt, ben je bezig de waarheid te ontdekken. In dagelijks gebruik wordt waarnemen toegepast op horen, zien, tasten, enzovoort. De fysieke zintuigen die fysieke objecten of wezens buiten je lichaam waarnemen. Dit is uit te breiden naar het innerlijk; of je honger hebt, het warm of koud hebt, ziek bent of gezond.
De volgende stap is uitbreiden naar gevoelens; waarnemen of je boos bent of verdrietig. Daarbij ontstaat dan de vraag of je dat werkelijk bent, of dat het een masker is voor hoe je je werkelijk voelt. Door dit waarnemen ontdek je je gevoelsmatige innerlijk. Ontdekken ook; het dek over de werkelijke gevoelens weghalen. Ditzelfde is te doen met gedachten.
Al dit waarnemen gebeurt uiteindelijk door de ziel, deze neemt indrukken in zich op en verwerkt deze. De ziel observeert en verwerkt. In dit proces zit het ontdekken of iets waar is. Dit ontstaat doordat de ziel allerlei observaties vergelijkt.
Wanneer je niet zeker bent of iets bijvoorbeeld het werkelijke materiaal is, of een kunststof, ga je naast het zien/kijken andere zintuigen gebruiken, zoals de tast en het gehoor. De twijfel of iets werkelijk is of namaak, komt voort uit eerdere ervaringen.
Ditzelfde geldt voor de ziel bij al het waarnemen.